Eigenlijk had ik deze keer stil willen staan bij de laatste papieren Komputadzoo,
bij het verscheiden van de papieren Kubit en de genesis van de elektronische Kubit.
Ik had een traantje willen plengen en een weemoedige terugblik willen plegen op alle
computerboeren voor wie het noemen van het woord Komputadzoo al voldoende was om ze
spontaan een aanval van aambeien te bezorgen. Maar helaas, ik ben ook maar een mens
en op dit ogenblik wordt mijn aandacht volledig in beslag genomen door een andere
terugblik. Want ik heb hier het 'Valk magazine' voor me liggen, het lijfblad van de
Toekan-familie. U weet wel, die bekakte bende Horekaffers die vorig jaar zo heerlijk
het gloeiend hete deksel van de frietuurpan op hun eigen neus heeft gekregen en
vervolgens op de blaren plaats mocht nemen. De omslag is al aandoenlijk en
noodt tot het plengen van tranen van medegevoel: een schattige kleuter in een
veel te groot Toekan-carnavalspak. En de een of andere schurk heeft dat arme
kind mishandeld, het een blauw oog geslagen! Maar toch roept het ukkie de boze
buitenwereld dapper toe: `We will survive!' Het is god-hier-en-daar toch te dol
voor woorden!
En hoe beschrijven zij in hun terugblik op 1995 die gebeurtenissen?
Ik wil het u niet onthouden: "...Er waren in de afgelopen jaren administratief
fouten gemaakt, de aandacht was teveel naar de gasten gegaan..." Ik zweer het u,
het staat er letterlijk. Natuurlijk, als een blad wordt geopend met een voorwoord
van Wim Bosboom weet je al wat voor in-en-in rot vlees je in de kuip hebt, maar het
is toch mooi als al je vermoedens in één klap zwart op wit bevestigd worden.
Maar ere wie ere toekomt: wie erin slaagt een brutale miljoenenfraude te beschrijven
als administratieve schoonheidsfoutjes die in alle zorg rond de geëerde gast
eventjes aan de aandacht waren ontsnapt, verdient een eredoctoraat aan onze
Letterenfaculteit.
Terug naar de Kubit. Tja. Afgelopen dus. Geen papier meer,
maar elektronisch voortaan. Eigenlijk heb ik er een hard hoofd in. Het WWW is
er niet om te lezen, maar om er of informatie te zoeken of, als ik de studenten
economie soms achter de terminal zie, om er blote meiden op te bekijken. Maar
ook ik ben er nog nooit in geslaagd om er iets zomaar te lezen.
Zelfs het dolgezellige geharrewar op deUsenet©groepen is er
vooral niet om te lezen, maar om erop te reageren. Fel, keihard en liefst met
zo weinig mogelijk kennis van zaken: dat zal iedereen na vijf minuten duidelijk
worden. En dat geeft ook niet, integendeel: dat is juist de charme ervan. Maar
Kubit lezen vanaf het scherm? Kweenie. En je ziet jezelf als schrijver ook niet
meer mooi zwart op wit gedrukt, wat ons (althans mijn) ego niet ten goede zal
komen. Dus: als u ooit nog elektronische Komputadzoo's wilt lezen zit er
maar één ding op. Zorg dat ik me blijf ergeren.
Paai
|