Toen in de vorige Kubit breed werd ingegaan op het project
Integratie Geïntegreerde Werkplek kwam de faculteit der
Letteren er zoals gewoonlijk maar weer bekaaid vanaf en daar erger ik
me doorgaans aan. Maar ja. Wie ben ik? (Het antwoord op
deze vraag kunt U ervaren door op de vraag zelf te klikken,
maar dat wist U al).
Behalve onze officiële Letteren-expert op dit gebied, die dan ook
aan bovengenoemd project heeft deelgenomen, en waarvan U het resultaat
op het net kunt
bewonderen,
heeft de FdL echter ook nog een paar enfants terribles, die
al onderwijs via computer en GIW verzorgden lang voordat het project
Integratie Geïntegreerde Werkplek zelfs maar bedacht
was. Jammer genoeg is het bijna een natuurwet dat enfants
terribles en de door God boven ons geplaatste overheden doorgaans
moeizaam communiceren en het gebrek aan belangstelling was af en toe
zo nadrukkelijk voelbaar dat het bijna op actieve tegenwerking begon
te lijken. Zo was er drie jaar geleden al door een enthousiaste
letterenstudent in het kader van zijn stage een volledige
WWW-studiegids voor de faculteit der Letteren gemaakt, maar liever dan
met gepaste trots met de eerste elektronische studiegids van Nederland
voor de dag te komen heeft de faculteit de uiteindelijke publicatie op
het Web zelf bijna twee jaar tegengehouden en daarna was de informatie
die erin stond natuurlijk alweer verouderd.
Uiteraard was Uw dienaar er ook als de kippen bij om zijn
didactische tanden te beproeven op de mogelijkheden van het Internet
als medium voor onderwijs. In die tijd was er echter geen sprake van
dat een docent zomaar ergens schrijfrechten op een WWW-server zou
kunnen krijgen - stel je voor! Hij zou pies of poep
of nog erger dingen kunnen zeggen en wat zou er dan wel van de goede
naam van onze faculteit terecht komen. Uiteraard had ik geen
zin om op een verklaring van goed gedrag te wachten (zou die
waarschijnlijk ook niet hebben gekregen), dus installeerde ik Linux op
mijn PC'tje, spijkerde er de gratis Apache http server bovenop en ging mijn
eigen gang.
De meeste voordelen van het lesgeven via Internet zijn in de vorige
Kubit al door Fred Vlotman aangegeven
en ik sluit me er van harte bij aan. Uiteraard heb ik ook meteen na het lezen van zijn verhaal zijn
onderwijspagina's bezocht en vastgesteld dat er ook voor mij nog heel
wat te jatten was. Op mijn beurt wil ik dan een van mijn eigen
onderwijspagina's aan de kritische blikken van anderen blootstellen
met de gulle uitnodiging om achterover te drukken wat er maar
achterover te drukken valt en vooral ook opbouwende suggesties te
leveren. Daar komt-ie.
De pagina's die hierbij aan de blikken van de buitenwereld worden
prijsgegeven zijn gericht op onze eerstejaars en moeten hen in het
tweede semester begeleiden bij de kennismaking met computers. Die
kennismaking houdt nadrukkelijk geen voor de hand liggende
vaardigheden in zoals het omgaan met tekstverwerkers: dat doen ze maar
in hun eigen tijd. Van veel groter belang is m.i. de vaardigheid op de
volgende twee gebieden: communicatie en experimenteren.
Het experiment: onmisbaar.
Om met het experimenteren te beginnen: de eerstejaars moeten
beseffen dat ze met de computer een bijzonder krachtig apparaat in
handen hebben, dat met een relatief geringe investering aan begrip en
oefening in staat is om juist het leven van de (aankomende)
taalwetenschapper dramatisch gemakkelijker te maken. Stomme dingen als
het tellen van allerlei dingen in teksten (bijvoorbeeld de ratio
klinkers/medeklinkers), die twintig jaar geleden nog grotendeels met
de hand moesten gebeuren, zijn nu met letterlijk een handomdraai uit
te voeren - als je daar tenminste de juiste tools voor
hebt. Om die reden worden onze eerstejaars meteen blootgesteld aan een
fikse dosis Unix (op die stomme Microsoftcomputers van ons vermomd als
MKS) met grep en awk in de hoofdrol. Daar bovenop komt dan nog wat
elementair Pascal, hoewel de rol van die taal in het onderwijs
drastisch aan het teruglopen is. Een en ander wordt door de maanden
heen gelardeerd met vele praktijkvoorbeelden uit de linguistiek.
In dit verband moet het me van het hart dat de beslissing om
Microsoft op de practicum PC's te installeren een historische
blunder van onze Universiteit is geweest. De Microsoft operating
systemen zijn prima voor de zakelijke en kantooromgeving: voor
wetenschappelijk gebruik zijn ze (juist daarom?) ten ene male
ongeschikt. En als het puntje bij het paaltje komt zitten we hier op
een wetenschappelijke instelling en niet op een bijkantoor van Shell
(hoewel ik er soms aan twijfel).
Communicatie en de computer
Communicatie is natuurlijk een griezelig veelomvattend begrip en zelf
ben ik als oud-Maagdenhuis-bezetter sowieso sterk geneigd om
"kommunikaasie" te schrijven. Hoe dan ook: de rol van de computer als
communicatiemedium is sinds de Internetexplosie minstens even
belangrijk als, zo niet belangrijker geworden dan de traditionele rol
van geglorificeerde type- en telmachine.
In het eerste semester, dat aan de hier behandelde cursus
voorafgaat, worden al verschillende uren besteed aan het verwerven van
de vaardigheden die men moet bezitten om vrijelijk te kunnen
surfen. Met name drie aspecten worden benadrukt: email, usenet en WWW,
waarbij de studenten verplicht iets moeten posten op kub.flw.misc, mij
een emailtje moeten sturen en een soort quiz moeten oplossen met
behulp van de zoekfaciliteiten van het WWW (hiermee is de merkwaardige
piek op kub.flw.misc van postings als "dit moest van meneer Paijmans"
meteen verklaard). In het tweede semester wordt dit uitgebreid met ftp
en wat daar omheenhangt aan compressieprogramma's. Dat heeft een goede
reden: met deze vaardigheden moeten ze zelfstandig interessante
teksten kunnen vinden en analyseren.
Meteen ergens in het begin van de WWW-pagina staat dan ook al een link
naar een universiteit in Engeland met taalkundige corpora en
bijbehorende software: niet alleen omdat wat van ver komt zo lekker
is, maar om te, eh, onderstrepen dat de wereld groter is dan
Tilburg alleen. Jammer genoeg dat ze wegens het gebrek aan Unix ondersteuning
hier op de KUB geen gebruik kunnen maken van al die prachtige software
die daar vrij verkrijgbaar is.
De WWW-ondersteuning van de cursus
De begeleidende WWW-pagina's zijn echter iets meer dan alleen maar
begeleidend. Weliswaar wordt het belangrijkste deel van de stof nog
steeds als syllabus op papier uitgereikt, maar men moet er vanaf de
eerste week rekening mee houden dat een steeds groter deel van de
leerstof alleen maar op de WWW-site te vinden is. Om die reden wordt
de hele directory-boom regelmatig gecomprimeerd en apart opgeslagen en
wordt men aangespoord het geheel 'down te laden' en indien mogelijk op
de computer thuis te installeren, zodat men de stof onder het genot
van een pilsje ten alle tijde nog eens kan doornemen. Ook al kan nu,
in 1997, nog niet formeel van de student geëeist worden dat hij of zij
een eigen PC heeft, ik vind het wel iets dat met kracht aan ze moet
worden opgedrongen - zelfs aan de tere, artistieke dichterszieltjes
die ons eerste jaar bevolken. Dan maar geen dure geluidsinstallatie.
Een bijna onvermijdelijk gevolg van het gemak waarmee veranderingen
en aantekeningen op zo'n WWW-pagina kunnen worden aangebracht is wel
dat gedurende het semester de pagina's een soort continentale drift
beginnen te vertonen. Wat U op dit ogenblik op de genoemde
link zult vinden is het eindresultaat van een college; de
momentopname van het ogenblik waarop het semester voorbij is. Over
enkele weken zal op dezelfde link weer een fris en coherent, eh,
geraamte verschijnen dat dan door de weken heen bekleed gaat worden
met het vlees en bloed van de dagelijkse practijk. Dit komt de
samenhang niet altijd ten goede, maar verhoogt hopelijk de
betrokkenheid van de student bij de WWW-site en dus bij de cursus.
Zoals gezegd zijn er meer enfants terribles op onze faculteit die
op eigen houtje de WWW-ondersteuning van het onderwijs ter hand hebben
genomen, wellicht beter dan ik dat heb gedaan. Zie bijvoorbeeld de
door J. Zavrel geschreven pagina's voor
Taal en tekst technologie.
Jakub heeft een ordelijker geest dan ik en de door
hem verzorgde pagina's zijn veel strakker en statischer. Dit heeft het
ontegenzeggelijke voordeel dat de pagina beter geschikt is als
lesmateriaal en hij heeft er ook een groot aantal links naar andere
instituten in aangebracht. Daarom is zijn pagina een goed voorbeeld
van de ondersteuning van meer gevorderde studenten. Ik denk echter dat
eerstejaars studenten, zeker die van onze studierichting, meer gebaat
zijn bij een wat lossere aanpak.
Waarvan acte.
|